“Heb je Floris eigenlijk leren delen?”, vraagt een begeleider. De vraag overrompeld mij. “Eh, ja, natuurlijk” stamel ik wat onbeholpen. Het is een sociaal wenselijk antwoord. We zijn sociale wezens en kunnen delen is een belangrijke eigenschap in de groep.

“Floris had namelijk een taart voor zichzelf gekocht en wilde een medebewoner absoluut geen stukje taart geven. Hij vond dat de taart helemaal voor hem alleen was” gaat de begeleider verder. Het voelt alsof ik word betrapt op een ernstige tekortkoming in mijn rol als opvoeder. “Eh, nou ja, we hebben natuurlijk wel geprobeerd om hem dat te leren” ga ik dapper verder. “Maar het was wel lastig omdat Floris er niet veel van begreep”. “Het kan natuurlijk geen kwaad om hem dat alsnog een beetje bij te brengen en met hem te oefenen”, stel ik voor.

Op weg naar huis gaan mijn gedachten terug in de tijd. Delen, ja natuurlijk heb ik hem dat voorgeleefd en met Floris geoefend. Maar er waren zoveel andere dingen die de aandacht vroegen. Zoals: hoe maak ik contact met Floris, hoe kan ik hem bereiken. Hoe zorg ik ervoor dat hij mij ziet en dat hij ons ziet. Hoe krijg ik hem een beetje happy de dag door. Hoe laat ik hem weten dat wij er voor hem zijn. Hoe overleven we samen als gezin, hoe houden we ons staande in de wereld om ons heen. En delen? Soms moest Floris een snoepje aan zijn broertje geven dan deed hij dat keurig. Niet omdat hij begreep dat David dat fijn vond maar omdat ik het hem vroeg. Hij kon zich door zijn autisme immers maar moeilijk inleven in de gevoels- en gedachtewereld van de ander. Nog steeds is delen aangeleerd gedrag en niet iets van Floris zelf,

Wat wel van Floris zelf is, is zijn met heel veel moeite en verdriet verkregen kleine beetje autonomie. Het gevoel ergens nog zelf over te kunnen beslissen. Een taartje bijvoorbeeld. Zelf gekocht, van zijn eigen geld. Ik kan het ook niet helpen dat ik stiekem blij ben dat Floris durfde te zeggen dat hij niet wilde delen. En dat hij het won. Laat hem alsjeblieft zijn taartje lekker op smikkelen, hapje voor hapje.

Ik neem zijn portie delen wel en deel gewoon voor twee…