“Mama, voor mijn gevoel ben ik nog het meest in jou ‘gehechteresseerd’ “, zegt Floris. “En niet zo in een begeleider. Is dat normaal?” “Ja Floris”, zeg ik. “Ik ben jouw moeder. Dan is het normaal dat je het meest aan mij gehecht bent”. “Ja hè, ja hè!” roept Floris blij. Hij springt op en neer en maakt een fladderende beweging met zijn handen.
Floris is bezig met wie er bij hem hoort en wat de ander voor hem betekent. Wat het verschil is tussen familie, vrienden en begeleiders. “Ik ben meer gehecht aan familie dan aan vrienden” zegt hij. Later, als hij in bed ligt zegt hij zachtjes: “Voor mijn gevoel ben ik nóg meer gehecht aan blonde meisjes, meer dan aan mijn familie”.
Ik vraag hem of hij een blond meisje kent. “Voor mijn gevoel loopt ze in Beetsterzwaag wel eens” zegt Floris met een ondeugende blik. Hij kijkt er zó gelukzalig bij dat er maar één optie mogelijk is: hij is verliefd. Verliefd op zijn droomprinses. Wat mooi!
En ik leg hem uit dat het heel normaal is dat hij dat zo voelt. “Het zijn verschillende gevoelens van liefde en gehechtheid” zeg ik. Je houdt anders van een meisje dan van je familie of je moeder. Dat klopt.
Floris heeft al die tijd met glimmende wangen en geboeid geluisterd en zegt dan ineens: “Ik ga lekker slapen”.

Wat schitterend dat we samen over deze dingen kunnen praten! Ook al is het kort. Ook al zijn het maar een paar zinnen. Het is volkomen nieuw. Ik ben verrast en overrompeld. En ja, misschien ook wel een beetje verliefd. Verliefd op mijn ontroerend kwetsbare maar zó pure zoon…