Het gaat niet zo goed met Floris. De twee jaar durende Corona maatregelen waren ingrijpend. Er waren veel wisselingen in personeel. De dagstructuur werd compleet anders, de dagbesteding viel weg.
Zo goed als Floris het tijdens die periode heeft gedaan, nu alles weer in wat rustiger vaarwater is gekomen en de ‘normale’ gang van zaken weer is opgepakt, heeft Floris een behoorlijke terugval. Hij is bepaalde vaardigheden zoals bijvoorbeeld netjes met mes en vork kunnen eten kwijtgeraakt. Floris mompelt veel in zichzelf en praat zachtjes en regelmatig onverstaanbaar. Hij is in de war en krijgt zijn gedachten niet op een rij. Hij kan zelfs niet meer echt genieten van zijn tuintje. Wát wij als ouders en zijn begeleiders ook proberen, het lijkt Floris niet over deze dip heen te helpen. Het is verdrietig om te zien hoe sterk hij de afgelopen periode is achteruitgegaan. Het is moeilijk om te zien hoe hij worstelt in zijn eigen hoofd, zo in zijn eentje, zo alleen.
Het doet ons verdriet om te merken hoe moeizaam het gaat om de zorg goed bij Floris aan te laten sluiten, juist nu hij dat zo hard nodig heeft. Iedereen doet zonder twijfel zijn uiterste best maar we zitten met zijn allen vast in een systeem van regels en protocollen waarin de mens zelf steeds minder centraal lijkt te staan. Floris is een mens. Een lieve man met beperkingen én talenten. We blijven zoeken en energie steken in het vinden van een nieuwe weg. Een weg waarop Floris als mens mens met zijn unieke mogelijkheden weer gezien wordt. Waar er weer nét wat extra tijd voor hem is. Nét wat extra aandacht en liefde. Nét wat meer zorgzaamheid.

Op een mooie zomeravond gaan we met Floris naar de Broerekerk in Bolsward. Daar is Gaia, een prachtige wereldbol van 7 meter doorsnede. Floris stapt binnen en staat vervolgens wel een minuut lang ademloos en met een grote glimlach om zijn mond naar de aardbol te kijken. Hij is diep onder de indruk. Wij ook. Dankbaar kijken Jan en ik elkaar aan. In dit stille geluksmoment voelen we ons intens verbonden met Floris. Ons kind, dat zo weinig vraagt om gelukkig te zijn en tegelijkertijd de ander zo hard nodig heeft. We geven niet op. Hoe kunnen we anders dan doorgaan. Hoofd omhoog en schouders eronder. Recht vooruit.

We leven met zijn allen op een schitterende aardbol. Laten we er samen wat moois van maken. Voor iedereen. Zonder of met een beperking.